DWDD Summerschool. Ik keek het even terug.
Femke van der Laan, de weduwe van Eberhard van der Laan, vertelt over verdriet. Wat het is. Wat het met iemand doet. Hoe je er mee om kunt gaan.
Ik luister. Ik huil. Het is een feest der herkenning. Ik vind dat iedereen deze aflevering zou moeten zien. Ik ben het met haar eens. We uiten veel emoties, maar verdriet lijkt er maar een beetje bij te hangen. Dat is lastig. Het ìs lastig.
“Het leven gaat door, er zit geen pauzeknop op.”, zei ze al redelijk vroeg in de uitzending. Het kwam binnen. Loeihard! Alles wat ik wilde na het verlies van Emma was dat alles zou stoppen. Alles stond voor mij stil, maar alles ging door. Moest door. Ik moest mee. Ik kon niet stil blijven staan. Vond ik.
Na drie weken moest ik weer werken van mezelf, maar ik ervoer exact hetzelfde als wat Femke zei. Ik wilde eigenlijk mijn bed niet uit, maar deed het wel. Ik moest mij groot en sterk houden. Ook ik had honger, maar kon niet eten.
Ze vervolgde haar verhaal en vertelde over één van de eerste keren dat ze zonder haar man bij iemand aanbelde om te eten. Ze vertelde dat ze daar stond te huilen en verontschuldigde zich voor haar tranen. Weer een overeenkomst. Ik doe dat dus ook, of ik zeg “Ik ga zo huilen.”, wat er dus voor zorgt dat de tranen weer terug mijn traanbuis in schieten. Ik waarschuw voor verdriet. En dat hoeft dus helemaal niet!
Het.
Mag.
Er.
Zijn.
“Deel je verdriet.”, zegt ze. Dat helpt. Het verbindt. Het klopt. Door jezelf kwetsbaar open te stellen doet de ander dat vaak ook en dat schept dus een band. Het is fijn. Herkenning. Erkenning.
Ik vond haar reactie op de vraag “Hoe gaat het met je?” fantastisch. Ze heeft zo gelijk! Het is heel makkelijk om “Goed.” te antwoorden, helemaal met het bekende knikje erbij zoals ze zei. Ik maak mij daar ook schuldig aan. Ik heb niet altijd zin om er over te praten. Dan heb ik al een hele slechte dag en probeer ik mij overeind te houden en kan ik het niet gebruiken om ook nog eens te gaan huilen.
Ze benoemde ook de “Naar omstandigheden goed.”-uitspraak. Die ging ik inderdaad ook gebruiken op een gegeven moment. Precies om de reden die ze benoemde. Na zo iets heftigs kan het nooit goed gaan. Maar… Het is makkelijker dan zeggen dat het goed gaat, want dan is het gesprek klaar en wanneer je toegeeft dat het niet, of minder goed gaat, moet de ander er wat mee. Er ontstaat een gesprek.
Ik vond het tonen van mijn verdriet altijd heel moeilijk. Ik word er steeds beter in. Gelukkig, want het lucht zo op. Bij de juiste mensen kan ik wel huilen. Durf ik kwetsbaar te zijn. Femke noemde het zo mooi: ik ben bang voor het oordeel van anderen. Bang dat ze mij een wrak of puinhoop zouden vinden. Bang dat ze mij uit de weg gaan, doordat ik een wrak of puinhoop ben. Want dat ben ik soms echt. Meer dan ik laat zien.
Vijf jaar geleden was ik bang dat het nooit meer goed zou komen. Dat het gevoel alsof er een olifant met zijn volle gewicht op je borst staat nooit meer weg zou gaan. Ik wilde dat het weg zou gaan. Dat het weer werd zoals het was. Ik heb zelfs aan iemand die mij heel lief is, die mijn verdriet aan heeft gezet, gevraagd of het ooit weg gaat, dat gevoel. Ik vond haar antwoord toen niet zo tof, maar ze heeft gelijk. Ze heeft dit pad ook bewandeld. Ze weet hoe het is.
Ik heb er nog heel wat jaren, tranen en helaas ook kindjes overheen moeten laten gaan om te leren dat het nooit meer wordt zoals het was. Dat ik nooit meer de oude word. Ik moet accepteren wie ik nu ben. Het zou heel gek zijn wanneer ik weer de oude zou zijn, want dan zou het net zo zijn alsof mijn kinderen niet bestaan. Ik vecht juist zo voor hun bestaan. Ze verdienen het. Ze zijn het stukje van mij dat ik kwijt ben.
De volgende woorden die Femke sprak blijven door mijn hoofd gaan. Ze zouden als een reclame op tv dagelijks voorbij moeten komen zodat het een gewoonte wordt voor iedereen. Ze zei kort samengevat:
“Luister naar de ander. Erken het verdriet. Geeft het de ruimte. Hang er geen tijd aan vast, want verdriet mag er zijn. Nu. Over tien jaar. Stop het niet weg. Je hoeft niet over verdriet heen te komen. Je hoeft het niet los te laten of een plek te geven.”
Ze zei ook nog iets over pillen en therapie. Dat het eigenlijk wegstoppen van verdriet is. Misschien. Maar dankzij pillen en therapie kan ik dit stukje nog schrijven. Anders hadden ze mij vroeg of laat ècht met een doorgesneden pols gevonden, omdat ik helemaal niet wist wat ik met zoveel emoties moest toen ik Emma verloor.
Ik had dit nooit geleerd. Ik ben opgevoed met het motto “als je het niet ziet, dan is het er niet”. Het was er wel. Dat verdriet. En hoe! Ik wist niet wat ik ermee aan moest. Wat ik ermee kon doen. Ik moest dat nog leren. Daarom heb ik, heel kort, verdoofd door de pillen rondgelopen en ben ik kort opgenomen geweest. (Wauw… Het blijft eng om hier open over te schrijven.)
Verdriet is waardevol. Het heeft een toegevoegde waarde. Het zorgt voor meer verbondenheid. Verdriet maakt menselijk.
Vraag er eens naar.
Ik dank Femke voor haar openheid. Dat ze een stukje van zichzelf bloot gaf. Dat ze dat durfde te zeggen wat ik zo voel. Waar ik de laatste tijd zo over schrijf. Mee bezig ben. Over wil delen. Het is stom, maar ik kan er makkelijker over schrijven dan praten. Puur omdat ik bang ben dat ik misschien wel moet huilen. Schrijven is zo veilig, omdat niemand heeft gezien dat ik dit bericht non-stop huilend heb geschreven. Het is zo in strijd met waar ik voor sta. Die openheid.
Ik moet de ‘jank-angst’ maar eens los zien te laten.
3 Comments
De maatschappij moet jank-angst loslaten. Het mag er gewoon zijn. Taboe van niet in openbaar huilen moet doorbroken worden. Wederom mooie blog, heb summer school niet gekeken, maar heel herkenbaar ♥️
Hey kanjer wat schreef je dit weer goed. Je moet weten dat wij ongelooflijk trots op je zijn!! ♥️
Wauw. Ik denk dat ik die uitzending ook terug moet kijken. Het voelt vaak alsof je weer moet zeggen dat het prima met je gaat, want dat gaat allemaal het snelst. Zo werkt het niet en wat beschrijf je dat ongelooflijk prachtig. En huilen mag zéker!