In mijn vorige blog heb je kunnen lezen hoe onze reis naar een zwangerschap begon. Na vele obstakels te hebben doorstaan had ik op 31 juli 2020 eindelijk een positieve zwangerschapstest in mijn handen. In deze blog ga ik het hebben over mijn zwangerschap die uiteindelijk een miskraam werd.
Een positieve zwangerschapstest
Ik was zwanger. De test die ik in mijn handen had liet twee dikke roze lijnen zien. Vol ongeloof liep ik naar de slaapkamer om de test bij daglicht te kunnen bekijken. Nog steeds 2 lijnen. Ik droomde niet, dit was écht. Ik liep terug naar de badkamer en ik zei tegen mijn man: “hij is positief!” Mijn man stond onder de douche en hoorde me niet goed dus ik herhaalde: “hij is positief!” Hij draaide de douche uit en ik drukte de test in zijn handen.
De eerste echo na de positieve test
Vol ongeloof belde ik het centrum voor voortplantingsgeneeskunde (CVB) om te vertellen dat ik een positieve zwangerschapstest had. Ook de receptioniste sprong nog net geen gat in de lucht en feliciteerde me met de prille zwangerschap. De afspraak die we hier hadden werd uiteraard geannuleerd. Ik moest wel even een afspraak maken voor een eerste echo. Normaal gesproken als je zwanger raakt bel je een verloskundige en maken zij met jou een afspraak voor de eerste echo rond de tien weken. Maar omdat wij al bij het CVB liepen kregen we daar met zeven weken al een eerste echo. Op 21 augustus gingen mijn man en ik vol spanning naar het ziekenhuis. Wat eerst altijd als de walk of shame voelde, voelde deze keer anders. Voor het eerst waren we hoopvol. De eerste echo werd niet gedaan door onze vaste fertiliteitsarts, maar door een vrouwelijke gynaecoloog. De arts zag dat ik enorm gespannen was en legde ons alles haarfijn uit. Dit zorgde ervoor dat mijn angst deels werd weggenomen. Op het scherm zagen we een piepkleine garnaal met een knipperend lampje. Het hartje klopte. Op dat moment waren we ontzettend gelukkig: er groeide een kindje in mijn buik.
De tweede echo bij het CVB
In de tussentijd vertelden we vrienden en familie over onze kleine garnaal. Dat werd de bijnaam voor de baby. We hadden ervoor gekozen om iedereen al vroeg in te lichten, omdat de meeste mensen in onze omgeving ook wisten van ons traject. Bovendien zou het een vangnet zijn, mocht het fout gaan. Iedereen was ontzettend blij voor ons. Ik was eindelijk zwanger en binnen een paar weken zou ik met mijn grote liefde trouwen. Op drie september 2020 stond onze tweede echo gepland. Volgens de eerdere echo had ik acht weken en drie dagen zwanger moeten zijn, maar ik werd teruggezet naar acht weken. Dit is in principe niks om je zorgen over te maken. Dit was de laatste echo bij het CVB, de volgende echo zou de officiële termijn echo zijn bij de verloskundige met tien weken. Opgelucht en vol toekomstdromen gingen we naar huis.
Oud bloedverlies
De dag na de echo begon ik bruin bloed te verliezen. Bruin bloed is in principe ‘oud’ bloed. Doordat het bloed in contact is gekomen met zuurstof wordt het bruin (het oxideert). Uit paniek belde ik de verloskundige op. Die probeerde me gerust te stellen. Ik had nét een goede echo gehad en door de betere doorbloeding van de baarmoedermond zou er een vaatje gesprongen kunnen zijn. Met andere woorden: ik hoefde me geen zorgen te maken. Maar mijn gevoel zei iets heel anders. Iedere keer als ik naar het toilet ging keek ik hoopvol naar mijn wc papier, maar het oud bloed bleef maar komen. Mijn man en ik wilde onze echo vervroegen, want voor mijn gevoel zat het écht niet goed. Ik was overmand door angst en verdriet, dus mijn man belde nogmaals naar de verloskundige. Na flink aandringen mochten we op dinsdag 8 september langskomen voor een echo.
Miskraam – Geen knipperend lampje meer
We reden naar het ziekenhuis en in de auto vroeg ik aan mijn man hoe hij zich voelde. Hij was hoopvol; dit moest goedkomen. Ik probeerde mezelf te kalmeren, maar ik werd gek van de angst. Eenmaal in het ziekenhuis mocht mijn man in eerste instantie niet mee naar binnen bij de echo (vanwege de aangescherpte maatregelen), maar dat lieten wij allebei niet gebeuren. Voor het eerst kreeg ik een buikecho, maar mijn blaas zat zo vol dat ze mijn baarmoeder niet kon zien. Ik moest dus eerst naar de wc. Eenmaal terug kreeg ik een inwendige echo. De verloskundige was amper met de echo begonnen en het lood zakte me in mijn schoenen. Het knipperende lampje van de vorige 2 echo’s was er niet meer. Het hartje was gestopt met kloppen. Ik barstte in tranen uit. De droom om ouders te worden viel ineens uit elkaar. De verloskundige liet ons even alleen om steun te zoeken bij elkaar. Toen ik me weer had aangekleed condoleerde ze ons en wenste ons veel sterkte toe. In de auto belde ik huilend mijn moeder op met het slechte nieuws. Ik had nog niks gezegd en ze hoorde al dat het niet goed was. Ze is direct in de auto gestapt en naar ons toe gereden.
Verschillende opties mbt de miskraam
Vanaf die echo ging alles in een stroomversnelling. Mijn herinnering aan deze periode tot aan onze bruiloft op 18 september is dan ook erg vaag. Ik kreeg vanuit de verloskundige een aantal opties wat betreft de miskraam. Ik kon afwachten tot mijn lichaam het zelf zou ‘opruimen’, ik kon de miskraam opwekken met medicatie of ik kon kiezen voor een curretage. Dat laatste wilde ik sowieso niet. Bij een curettage wordt het kindje operatief weggehaald en daar zitten flink wat risico’s aan vast. Normaal gesproken zou ik mijn lichaam het zelf laten oplossen, maar omdat we een week later zouden gaan trouwen wilde ik het risico niet nemen om dan ook een miskraam te hebben.
Medicijnen om de miskraam op te wekken
Op 10 september 2020 had ik ‘s ochtends een afspraak in het ziekenhuis om mijn opties te bespreken. Ik werd volledig ingelicht over hoe het opwekken van een miskraam er aan toe gaat en wat ik kon verwachten als ik het kindje verloor. Ik kreeg twee verschillende medicijnen mee: mifegyne en misoprostol. De mifegyne was 1 tablet die ik oraal moest innemen. De misoprostol zijn 4 tabletten en deze breng je 36 tot 48 later vaginaal in. De eerste pil, mifegyne, bevat de werkzame stof mifepriston. Dit stofje breekt het progesteron af, dat er normaal gesproken voor zorgt dat je zwangerschap in stand blijft. Door het progesteron te verlagen, wordt de kans vergroot dat de misoprostol voldoende werken om de miskraam op te wekken. Het orale tablet nam ik direct toen ik thuis kwam en toen begon het wachten. Voor meer informatie over deze medicijnen kun je hier klikken.
De miskraam kwam op gang
Later die dag kreeg ik menstruatie-achtige krampen. Ik dacht alleen maar, dit kan het toch nog niet zijn? Ik moest de andere tabletten nog inbrengen. Daarnaast dacht ik ook: maar als dit het is, overleef ik het wel, vooral met mijn hoge pijngrens. Achteraf gezien heb ik het zwaar onderschat. ‘S avonds ben ik in bed gaan liggen met een warme kruik en mijn man aan mijn zijde. Rond 22:00 uur werden de krampen zo heftig dat ik begon te huilen. Ik kon niet liggen of zitten, iedere positie deed pijn. Mijn man zette me onder de douche, hopende dat het warme water zou helpen en ik enigszins zou kalmeren. Helaas hielp het niet en bleef de pijn erger worden. De krampen werden zo heftig dat het voelde als weeën. Ik raakte volledig in paniek van de pijn en ik zag hoe mijn man zijn best deed om er voor mij te zijn. Uiteindelijk ben ik beneden op de wc gaan zitten en hield hij mijn hand vast en probeerde met me te praten om me af te leiden van de pijn. Maar het enige dat ik kon zeggen was “laat het stoppen, laat het stoppen”. Rond 22:30 zette de miskraam volledig door en was de pijn binnen een paar seconden weg. Het vruchtzakje was volledig intact, we haalden het uit de wc en deden het in een plastic bakje met water. Na het verliezen van het vruchtzakje, verloor ik ook nog een aantal stolsels ter grote van een pingpongbal. De dag na de miskraam belde ik de verloskundigenpraktijk om door te geven dat mijn miskraam al had doorgezet. De vaginale tabletten heb ik niet hoeven gebruiken en kon ik terugbrengen naar de apotheek. Ook mocht ik een uur later al langskomen voor een controle echo, om te checken of mijn baarmoeder leeg was.
Ons kindje in de koelkast
De volgende dag besloten we om het vruchtzakje voorzichtig open te maken zodat we ons kindje beter konden bekijken. Het is bijzonder hoeveel er al af is bij een kindje van bijna 9 weken. Het had al teentjes, vingertjes en kleine kraaloogjes. Mijn man en ik wilde ons kindje heel graag een naam geven. Vanaf het moment dat ik een positieve test in handen had, heb ik het gevoel gehad dat ik een jongetje zou krijgen. Dus we kozen de naam Noah. We waren er nog niet klaar voor om definitief afscheid te nemen en lazen op het internet over de watermethode. Wanneer je het kindje in een bakje met water legt neemt het zijn natuurlijke houding aan (de foetushouding). Zo kun je het ongeveer een week in de koelkast bewaren. De meeste mensen in onze omgeving begrepen dit, maar ik heb er ook een aantal nare reacties op gehad. In dit soort gevallen moet je gewoon doen wat goed voelt en dat hebben we gedaan. Toen we er klaar voor waren hebben we Noah in ons trouwringen doosje gelegd en begraven in de achtertuin.
Aangeven bij de gemeente
Sinds 4 februari 2019 is het mogelijk om je levenloos geboren kindje aan te geven bij de gemeente. Hierbij maakt het niks uit hoe lang de zwangerschap duurde. Het enige dat je nodig hebt om je kindje aan te geven is een ‘bewijs’ vanuit het ziekenhuis dat dit ook echt heeft plaatsgevonden. Mijn man en ik vonden de aangifte een erg prettig idee, het was ten slotte ons kind. Op 16 september gingen we naar het gemeentehuis. De vrouw van de gemeente die ons te woord stond was enorm meelevend. Dit maakte het hele proces een stuk makkelijker. Noah staat nu in het basisregister personen (BRP) ingeschreven als ons kind.
Niet helpende opmerkingen
In de periode na de miskraam en de aangifte van Noah kreeg ik veel goedbedoelde adviezen en opmerkingen. Maar eigenlijk had ik er helemaal niks aan. Zo moesten we volgens sommigen niet te lang wachten met opnieuw proberen, want na de miskraam ben je vruchtbaarder. Een andere opmerking die me heel erg bijgebleven is: “je weet nu in ieder geval dat het kan.” Dit doet me nog wel het meeste pijn. Ja, natuurlijk is het fijn om te weten dat ik zwanger kan raken, maar dat maakt de pijn van het verliezen van je kindje niet minder. En de aangifte bij de gemeente vonden sommige mensen ook maar overdreven, omdat ik ‘maar’ 9 weken zwanger ben geweest. Maar de mensen die dit zeggen vergeten dat je eigenlijk al ouders bent op het moment dat je besluit om voor een kindje te gaan. Vervolgens groeit er niet alleen een kindje in je buik, maar ook de droom van de toekomst in je hoofd. Ook moest ik maar weer zo snel mogelijk weer aan het werk gaan, want dan had ik afleiding en zou ik er niet heel de tijd mee bezig zijn. En dat deed ik ook. Na onze bruiloft en huwelijksreis ging ik direct weer aan het werk.
Eerst voor mezelf zorgen, dan voor anderen
Bijna een maand na de miskraam stond ik weer op de werkvloer. Ik werk in de kinderopvang en had onderschat hoeveel moeite ik zou hebben om zoveel kinderen om me heen te hebben, terwijl ik net mijn eigen kindje had verloren. Ik vond het moeilijk, maar dat liet ik op dat moment nog niet echt blijken. Mijn baas was heel lief voor me en zette zijn deur al op een kier door te zeggen: “Als het écht niet gaat, kun je dat altijd tegen me zeggen.” Maar dat moest ik wel zelf aangeven. Na twee dagen gewerkt te hebben, merkte ik die woensdag dat het eigenlijk helemaal niet goed ging. Alles irriteerde me. Ik had een vriendin die dagelijks even appte om te vragen hoe het met me ging en zij duwde me richting die deur die mijn baas open had gezet. Ze appte me: “Jij bent de enige die voor jouw kan zorgen en jouw grenzen aan kan geven. Je hebt maar één lichaam en één stel hersenen. Je moet jezelf niet kapot gaan werken, terwijl je dat mentaal nog niet aankunt. Eerst voor jezelf zorgen, dan voor anderen”. Dat kwam binnen. Eenmaal bij mijn baas op kantoor barstte ik in tranen uit; het ging niet meer.
In de ziektewet
Het was moeilijk om toe te geven dat het niet goed ging. Voor mijn gevoel ben ik al heel snel een aansteller. Maar door de woorden van mijn vriendin en het erkennen van mijn verdriet door mijn baas voelde ik me serieus genomen. Daardoor zag ik zelf ook in dat het helemaal niet zo goed ging als ik mezelf voor ogen hield. Een week nadat ik mezelf had ziek gemeld moest ik naar de bedrijfsarts. Ik was bang dat de bedrijfsarts me binnen twee weken weer aan het werk wilde zien, maar dat bleek gelukkig niet zo te zijn. Hij vergeleek mijn situatie met het eten van een steak. Vaak is je steak mals, kauw je er even op en slik je het weg. Maar soms is je steak taai, en moet je er ontzettend lang op blijven kauwen voordat je het kunt doorslikken. En dat was wat ik moest gaan doen. Ik moest de tijd gaan nemen om het verlies van Noah te verwerken. Ik kreeg het advies om mezelf bezig te houden, veel te gaan wandelen, maar ook om stil te staan bij wat ik voelde. Twee weken later moest ik weer terug komen om te kijken hoe het ging en tot die tijd hoefde ik in ieder geval niet aan het werk.
Een tweede miskraam
In de periodes tussen de afspraken met de bedrijfsarts deed ik wat me werd geadviseerd. Ik wandelde veel samen met mijn man, sprak regelmatig af met een vriendin, speelde veel spelletjes op mijn switch en speelde Netflix uit. De pijn om het verliezen van Noah werd niet minder, maar wel makkelijker om dagelijks mee te dealen. Eind november werd ik heel onverwachts weer zwanger. We waren sinds de miskraam helemaal niet meer bewust bezig geweest met het krijgen van een kindje, dus mijn man en ik waren beide heel verbaast. Helaas liep deze zwangerschap met 5 weken al uit op een miskraam. Dit was wederom een mega grote klap in ons gezicht. Als je meerdere miskramen hebt gehad, kom je in aanmerking voor verder onderzoek naar de oorzaak hiervan. De verloskundige vertelde ons dat er vaak niks uit het onderzoek komt en dat een miskraam 9 van de 10 keer ‘domme pech’ is. We besloten dan ook om het onderzoek niet te doen. Vanaf eind november ben ik heel langzaam mijn uren op het werk weer gaan opbouwen, zodat ik vanaf 2021 weer fulltime aan de slag kon. Alles gebeurde op mijn tempo onder begeleiding van de bedrijfsarts.
Hoe gaat het nu?
Inmiddels zijn we een jaar verder sinds ik weer 100% aan het werk ben. Ik ben heel blij dat ik de tijd heb genomen om te herstellen. Fysiek was ik na één á twee weken al volledig hersteld, maar mentaal was het een heel ander verhaal. Ik heb de miskraam van Noah inmiddels een plekje kunnen geven, al mis ik hem nog iedere dag. Als ik door was blijven gaan had ik waarschijnlijk veel langer uit de running gelegen. Vooral aangezien we nog altijd vol op bezig zijn met een traject. Ben je er wel bewust van dat iedereen op een ander tempo herstelt na zo’n traumatische gebeurtenis. Dat ik genoeg had aan ongeveer 3 maanden thuis zitten, wil niet zeggen dat dit ook voor iemand anders zo werkt. Luister naar je lichaam en neem de tijd die je nodig hebt.
